7 oktober

Ik zit met een ‘probleem’. Mijn moeder en Vladimir Poetin zijn op dezelfde dag van het jaar geboren. 7 oktober. Mijn moeder in 1929; Poetin in 1952. Nou ben ik nogal van de sterrenbeelden en het boek Het mysterie van je geboortedag zie ik als een soort bijbel. Toon mij je geboortedag en met die bijbel in de hand weet ik precies hoe je in elkaar steekt, zonder je ooit ontmoet te hebben. Ik heb het vaak toegepast bij het daten. Maar ik ben menig maal op de koffie gekomen. Het blijkt een nogal kortzichtige werkwijze te zijn. 

Een tijdje geleden kwam ik er achter dat Poetin op eenzelfde dag in oktober is geboren als mijn moeder. Ik schrok me rot. Want in mijn beleving kan de ene mens niet méér van de ander verschillen dan die twee doen.

Mijn moeder was een schat. Kwam op voor de minderbedeelden en het vrije woord, was zeer zorgzaam en hartelijk. Eigenlijk ken ik geen liever mens op aarde dan zij was. En dan Poetin: machtswellusteling, oud-KGB’er, ruimt mensen simpelweg ‘op’ die het niet met hem eens zijn, heeft niets met de uiting van je vrije mening, noem maar op. 

Moet ik mijn bijbel maar gewoon in de oud papierbak gooien? Of toch nog eens goed de beschrijving van de persoon van 7 oktober doorlezen? Dat laatste heb ik gedaan.

Als titel draagt de bewuste dag ‘De dag van de trotsering’. Een paar citaten: ‘De mensen die op deze dag worden geboren, hebben een sterk rebelse kant in zich. Ambiëren een machtspositie,….hebben een charmant voorkomen…..hebben een sterke wil…’ Als advies staat er onder meer ‘doe iets aan je problemen met autoriteit…kom op voor jezelf – wees geen speelbal. Houd je rebelsheid in de hand. Het gaat om evenwicht.’

Ik heb mijn moeder nog nooit gezien als iemand die macht ambieert. Wel iemand met een charmant voorkomen. Laatst hoorde ik van haar nog levende, jongere zus dat ma vroeger ‘een pittige tante’ was. En in de relatie met mijn vader liet ze zich ook niet bepaald de kaas van het brood eten. Ze heeft nooit het huis van de buren in willen nemen. Het blijft me een raadsel, die gedeelde geboortedag….

Kerstborrel

Om alcohol te kunnen drinken tijdens de kerstborrel van het werk, ga ik met de trein. Het is nog een flink eind lopen naar het industriegebied waar ons bedrijf zetelt. Maar er staan genoeg huizen langs de route, dus niet eng.

De terugreis vergt iets meer inspanning omdat ik nu het kerstpakket mee moet sjouwen. Een onhandig formaat, maar gelukkig niet te zwaar. Ik mis net de trein van half negen. Er staat een fijn bankje op het verlaten perron. Na een kwartiertje komt een groepje jongelui met bierflesjes in de hand het perron op. Gaan ze stappen in Enschede? Nee, ze hebben een bedrijfsuitje van hun werkgever Domino’s. Ze gaan bowlen. Daarna komt een oudere man het perron op, samen met een flink aangeschoten man. Hij vraagt aan de jongelui of ze deze man, René genaamd, in Hengelo op de trein naar Oldenzaal kunnen zetten. Maakt verder niet uit hoe ze het doen, als hij maar in de trein belandt. De oudere man vertelt dat René volgende week een nieuwe baan in Hengelo krijgt en drie dochters heeft. Waarop de jongelui gehaaid vragen hoe oud die dochters zijn. ‘Eentje van vijf en een half…” “O, laat maar zitten.” “We kunnen René ook in Hengelo laten staan, dan komt hij maandag in ieder geval op tijd op zijn werk.” In de trein hoor ik een hoop lol en kabaal uit de richting van René en het groepje jongeren komen. Bij de overstap in Hengelo krijg ik niet mee of ze René inderdaad wel netjes in de trein naar Oldenzaal afleveren.

Ik stap op de fiets naar huis, waar ik de achterdeur maar halfopen krijg. Op de een of andere manier is het palletje van het oplegslot aan de onderkant van de deur naar beneden gezakt. Ik weet dat de poes van de overbuurvrouw boven op het logeerbed lag te slapen toen ik wegging. De deur naar beneden heb ik voor hem opengelaten. Ik zie nu dat hij me door het raam van de deur aan zit te kijken. Verrek, heeft hij dat palletje naar beneden gedrukt in een poging naar buiten te kunnen? Ik heb een koevoet in de schuur liggen. Met wat kracht krijg ik de deur losgerukt. Inderdaad, het oplegslot heb ik er daarmee afgesloopt. Maar de deur is verder nog in orde. De poes schiet verschrikt langs me heen naar buiten. Tijd om mijn kerstpakket open te maken.

Vergissing

In Goor woont mooi volk. Ze hebben altijd wel wat. Óf ze hebben kritiek op de gang van zaken óf ze tonen zich kwetsbaar menselijk. Zo zwaai ik tijdens mijn bezorgdienst regelmatig naar bepaalde mensen van de plantsoenendienst. Eentje zwaait altijd en lacht er vaak heel overtuigend bij. Soms komt het tot een klein praatje. Ik vernam dat hij binnenkort met pensioen zou gaan en daar keek hij enorm naar uit. Op de komende woensdag zou zijn laatste dag zijn en hij zou onthaald worden met een kleine bijeenkomst. Dat was een paar maanden geleden. Rijd ik gisteren door Goor, wat schetst mijn verbazing: staat hij doodleuk te schoffelen in een berm. Wat krijgen we nou? Even checken. Nee, hij had zich vergist in de pensioendatum. Het zou pas volgende week woensdag, 30 september, gebeuren. Een collega achter hem grapte nog dat hij al die tijd gelogen had over zijn leeftijd en zeker nog vier jaar zou moeten ploegen bij de dienst. Maar mijn dag is goed. Dit soort vergissingen worden volgens mij alleen gemaakt in Goor. In ieder geval zo eerlijk en open opgebiecht. 

Ceci n’est pas un takkeherrie

Ze kijkt een beetje preuts, de madam die op de toegangsdeur van de expositie This is Surrealism! in het Cobra Museum prijkt. Preuts maar uiteindelijk ook geen enkel geheim verhullend. Zo was ons weekend in Amstelveen eigenlijk ook. In het Cobra Museum hangen tijdelijk de meest betekenisvolle stukken die thuishoren in het Rotterdamse Museum Boijmans Van Beuningen, maar -vanwege een verbouwing aldaar- nu te zien zijn in het Cobra. Om niet meteen na sluitingstijd naar het Verre Oosten te hoeven terugkeren en om nog een lekker borreltje te kunnen nuttigen, zochten we een kampeerplek in de buurt. Dat werd in het Amsterdamse Bos. Een allesbehalve ruige camping waar de overnachters dit keer met een loep moesten worden gezocht. We konden op het terrein zelf een plekje zoeken voor de camper.

Van het Amsterdamse Bos heb ik vaak gehoord dat menig Amsterdammer er natuurvertier haalt, maar ik heb nooit begrepen dat het geluid van Schiphol er surrealistisch en direct naast je op je kussen ligt. Wat heet: het betreffende vliegtuig lijkt juist op de asfaltlap naast het gras waar wij onze camper hebben geparkeerd, te willen vertrekken. Er is nog net geen stewardess die om onze boarding pass komt vragen en we worden net-niet gesommeerd om onze mondkapjes op te zetten. Tjongejonge, wat heb ik met de bewoners in deze omgeving te doen. Vaak vernomen dat de overlast echt te gek is, maar om bij die woorden ook daadwerkelijk (niet zozeer beeld maar vooral) geluid te hebben, is andere koek zeg. Ceci n’est pas un takkeherrie, zou de surrealist René Magritte geconstateerd hebben.

Zoals Groningen verzakt om voor ons, elders wonend in het land, warme huizen en hete douches te creëren, zo wordt de omgeving van Schiphol hoorndol om voor ons, elders wonend in het land, vliegreizen mogelijk te maken. Eigenlijk zou je, met uitzondering van Groningen, elke keer met je huis wat verder onder Amsterdams Peil moeten zakken als je de verwarming en douche weer laat brullen. En zo zou elke vliegreiziger, met uitzondering van die in de buurt van Schiphol, voor elke vliegreis een keer verplicht in het Amsterdamse Bos moeten slapen.

Rusteloosheid

Rusteloos, rustelozer, algehele rusteloosheid. Oftewel: proberen niets te doen in je vakantie. Hoe doe je dat? Lees over mijn pogingen en ervaringen in de column in Huis aan Huis Enschede:

Huurmoordenaar

Nieuw jaar, nieuwe ronde, nieuwe kansen, nieuwe wensen. De eerste column van het jaar 2018 voor Huis aan Huis Enschede handelt over een bijzondere maar duidelijke wens.

 

Voordringer

Het is nog geen december of de Kerstman kruipt al weer voor. Och die arme Sinterklaas die elk jaar weer in de verdrukking komt. Gelukkig is er in de Huis aan Huis Enschede ruimte om daar eens goed over te klagen!